Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Translate Bekleidung

Translate Bekleidung from German to Dutch

Summary

German to Dutch: more detail...

Bekleidung:
- invullen; invulling; kleding; kleren; tenue; plunje; gewaad; vervulling; confectie; confectie-industrie
Wiktionary:
- Bekleidung → bekleding
- Bekleidung → vastbenoemd zijn, een vaste benoeming hebben, gewaad, kledingstuk, rok

German

Detailed Translations for Bekleidung from German to Dutch

Bekleidung:

Bekleidung [die ~] nomen

die Bekleidung (Ausfüllung; Eintragen; Erfüllung; Einlösung; Ergänzung; Gestaltung)
invullen; de invulling
- invullen [znw.] nomen
- invulling [de ~ (v)] nomen
die Bekleidung (Kleider; Kleidung)
de kleding; de kleren; de tenue; de plunje
- kleding [de ~ (v)] nomen
- kleren [de ~] nomen, plural
- tenue [de ~] nomen
- plunje [de ~] nomen
die Bekleidung (Kleider; Kleidung; Ausstattung; Ausstaffierung; Zeug)
de kleren; het gewaad; de tenue
- kleren [de ~] nomen, plural
- gewaad [het ~] nomen
- tenue [de ~] nomen
die Bekleidung (Erfüllung; Gestaltung; Einlösung; Versehung; Ergänzung; Ausfüllung)
de vervulling
- vervulling [de ~ (v)] nomen
die Bekleidung (Konfektionskleidung; Fertigkleidung)
de confectie; de confectie-industrie
- confectie [de ~ (v)] nomen
- confectie-industrie [de ~ (v)] nomen

Translation Matrix for Bekleidung:

Noun	Related Translations	Other Translations
confectie	Bekleidung; Fertigkleidung; Konfektionskleidung	Kleidung; Konfektionskleidung; Maßkleidung
confectie-industrie	Bekleidung; Fertigkleidung; Konfektionskleidung
gewaad	Ausstaffierung; Ausstattung; Bekleidung; Kleider; Kleidung; Zeug	Kleid
invullen	Ausfüllung; Bekleidung; Einlösung; Eintragen; Erfüllung; Ergänzung; Gestaltung
invulling	Ausfüllung; Bekleidung; Einlösung; Eintragen; Erfüllung; Ergänzung; Gestaltung
kleding	Bekleidung; Kleider; Kleidung	Kleidung
kleren	Ausstaffierung; Ausstattung; Bekleidung; Kleider; Kleidung; Zeug	Kleider; Kleidung; Zeug
plunje	Bekleidung; Kleider; Kleidung
tenue	Ausstaffierung; Ausstattung; Bekleidung; Kleider; Kleidung; Zeug	Anzug; Kleid; Kostüm; Smoking; Uniform
vervulling	Ausfüllung; Bekleidung; Einlösung; Erfüllung; Ergänzung; Gestaltung; Versehung
Verb	Related Translations	Other Translations
invullen		auffüllen; ausfüllen

Synonyms for "Bekleidung":

Besetzung

Wiktionary Translations for Bekleidung:

Bekleidung

noun

een laag stof ter versiering en berscherming aangebracht op een hard oppervlak of een meubelstuk
- bekleding → Bekleidung; Polsterung

Cross Translation:

From	To	Via
• Bekleidung	→ vastbenoemd zijn; een vaste benoeming hebben	↔ tenure — a status of having a permanent post
• Bekleidung	→ gewaad; kledingstuk; rok	↔ habit — Tout ce qui est fait pour couvrir le corps, excepté le linge, la coiffure et la chaussure (Sens général)

Related Translations for Bekleidung

ohne Bekleidung