Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: Geschwister

German and Dutch Search Results for: Geschwister

Summary

German to Dutch: more detail...

Geschwister:
- broer en zus; zus; broer; broer of zus; proces of knooppunt op hetzelfde niveau
Wiktionary:
- Geschwister → broers en zussen
User Contributed Translations for Geschwister:
- broers en zussen, zussen

German

Detailed Translations for Geschwister from German to Dutch

Geschwister:

Geschwister [die ~] nomen

die Geschwister
broer en zus
- broer en zus [znw.] nomen
die Geschwister (Schwester; Bruder)
de zus
– vrouw of meisje met dezelfde ouders als jij ¹
- zus [de ~ (v)] nomen
  - mijn zus is een jaar jonger dan ik¹
de broer; de broer of zus
- broer [de ~ (m)] nomen
- broer of zus [de ~] nomen
die Geschwister (gleichgeordnetes Element)
proces of knooppunt op hetzelfde niveau
- proces of knooppunt op hetzelfde niveau

Translation Matrix for Geschwister:

Noun	Related Translations	Other Translations
broer	Bruder; Geschwister; Schwester	Bruder; Frater; Geistliche; Klosterbruder; Krankenpfleger; Pfleger; Sanitäter
broer en zus	Geschwister
broer of zus	Bruder; Geschwister; Schwester
zus	Bruder; Geschwister; Schwester	Schwester
Adverb	Related Translations	Other Translations
zus		so
Not Specified	Related Translations	Other Translations
proces of knooppunt op hetzelfde niveau	Geschwister; gleichgeordnetes Element

Synonyms for "Geschwister":

Schwestern und Brüder

Wiktionary Translations for Geschwister:

Cross Translation:

From	To	Via
• Geschwister	→ broers en zussen	↔ fratrie — ensemble composé de tous les enfants (frères et sœurs) d’une même famille, pouvant rassembler des demi-frères ou sœurs, voire des enfants n’ayant aucun lien de sang, sous un même toit ou non. Ce qui importe, ce sont les liens affectifs [[tiss
• Geschwister	→ broers en zussen	↔ frères et sœurs — spécialement Les frères et les sœurs d’une personne, en sachant qu’il y a au moins un frère et au moins une sœur.

¹Muiswerk Woordenboek