Summary
German to Dutch: more detail...
-
Lärm schlagen:
-
Wiktionary:
Lärm schlagen → alarm slaan, alarmeren
-
Wiktionary:
German
Detailed Translations for Lärm schlagen from German to Dutch
Lärm schlagen: (*Using Word and Sentence Splitter)
- Lärm: leven; lawaai; spektakel; herrie; rumoer; kabaal; tumult; misbaar; stennis; luidruchtigheid
- Schlagen: gebonk; gebons; gebeuk; geklots
- schlagen: slaan; bonken; hameren; een klap geven; vechten; kampen; matten; knokken; duelleren; bakkeleien; timmeren; meppen; hengsten; hard slaan; tokkelen; verkrijgen; behalen; winnen; raken; treffen; beroeren; beuken; rammen; een radslag maken; een opdonder verkopen; klinken; bestrijden; heien; doorhakken; bevechten; kloven; klieven; spijkeren; bekampen; doorklieven; vastnagelen; vastspijkeren; vastslaan; kleunen; doormidden hakken; doorhouwen; in tweeën houwen
Spelling Suggestions for: Lärm schlagen
- Searching for suggestions...
Wiktionary Translations for Lärm schlagen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Lärm schlagen | → alarm slaan; alarmeren | ↔ alarmer — (term, rare, sens étymologique) Faire prendre les armes à une garnison. |
External Machine Translations:
Related Translations for Lärm schlagen
Dutch
Suggestions for Lärm schlagen in Dutch
Spelling Suggestions for: Lärm schlagen
- Searching for suggestions...
External Machine Translations: