Summary
German to Dutch: more detail...
-
Rechtsstreit:
-
Wiktionary:
Rechtsstreit → rechtszaak, procesvoering, geding, proces -
Synonyms for "Rechtsstreit":
Streitsache
-
Wiktionary:
German
Detailed Translations for Rechtsstreit from German to Dutch
Rechtsstreit: (*Using Word and Sentence Splitter)
- recht: rechts; eerlijk; fair; rechtaan; precies goed
- Streit: ruzie; kwestie; geschil; twist; wedstrijd; partij; pot; strijd; concours; kamp; gevecht; worsteling; conflict; botsing; controverse; geruzie; geargumenteer; gekrakeel; geredeneer; gebakkelei; gehakketak; gekif; onvrede; onbehagen; misnoegen; onmin; onenigheid
- rechts: rechts
- Recht: gelijk; recht; gerechtigheid; gewoonterecht; bezit; goederen; eigendom; bezittingen; have; rechtvaardigheid; eigenschap van rechtvaardigheid; bevoegdheid
- rechen: aanharken; harken; bijeenharken
Rechtsstreit:
Synonyms for "Rechtsstreit":
Wiktionary Translations for Rechtsstreit:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Rechtsstreit | → rechtszaak | ↔ lawsuit — case where a court is needed to resolve differences |
• Rechtsstreit | → procesvoering; rechtszaak; geding; proces | ↔ litigation — conduct of a lawsuit |