Interglot - Reichweite: German and Dutch Search Results found in the Interglot Translation Dictionary

Summary

German to Dutch: more detail...

Reichweite:
- bereik; bandbreedte; range; reikwijdte; verspreidingsgebied; draagwijdte; schootsafstand
Wiktionary:
- Reichweite → actieradius

German

Detailed Translations for Reichweite from German to Dutch

die Reichweite (Bandbreite)
het bereik; de bandbreedte
- bereik [het ~] nomen
- bandbreedte [de ~ (v)] nomen
die Reichweite (Bereich)
de range; het bereik; de reikwijdte; het verspreidingsgebied; de draagwijdte
- range [de ~ (m)] nomen
- bereik [het ~] nomen
- reikwijdte [de ~ (v)] nomen
- verspreidingsgebied [het ~] nomen
- draagwijdte [de ~ (v)] nomen
die Reichweite (Schußweite)
de schootsafstand
- schootsafstand [de ~ (m)] nomen
die Reichweite
het bereik
- bereik [het ~] nomen

Noun	Related Translations	Other Translations
bandbreedte	Bandbreite; Reichweite	Bandbreite; Bereiche
bereik	Bandbreite; Bereich; Reichweite	Bereich; Funkabdeckung; Projektumfang; Spanne; Suchbereich; Umfang
draagwijdte	Bereich; Reichweite
range	Bereich; Reichweite
reikwijdte	Bereich; Reichweite
schootsafstand	Reichweite; Schußweite
verspreidingsgebied	Bereich; Reichweite
Not Specified	Related Translations	Other Translations
-	Reichweite der Klicks

Aktionsradius; Bereich; Domäne; Einflussbereich; Einwirkungsbereich; Gültigkeitsbereich; Radius; Rahmen; Skopus; Spanne; Spannweite; Wirkungsbereich
Griffweite

Reichweite

noun