Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: Geschirrspüler

German and Dutch Search Results for: Geschirrspüler

Summary

German to Dutch: more detail...

Geschirrspüler:
- vaatwasser; vaatwasmachine; afwasmachine; afwashulpje; bordenwasser
Wiktionary:
- Geschirrspüler → vaatwasser, vaatwasmachine

German

Detailed Translations for Geschirrspüler from German to Dutch

Geschirrspüler:

Geschirrspüler [der ~] nomen

der Geschirrspüler (Spülmaschine; Geschirrautomat)
de vaatwasser; de vaatwasmachine; de afwasmachine
- vaatwasser [de ~ (m)] nomen
- vaatwasmachine [de ~ (v)] nomen
- afwasmachine [de ~ (v)] nomen
der Geschirrspüler (Geschirrspülmaschine; Spülmaschine; Geschirrautomat)
het afwashulpje; de bordenwasser
- afwashulpje [het ~] nomen
- bordenwasser [de ~ (m)] nomen

Translation Matrix for Geschirrspüler:

Noun	Related Translations	Other Translations
afwashulpje	Geschirrautomat; Geschirrspüler; Geschirrspülmaschine; Spülmaschine
afwasmachine	Geschirrautomat; Geschirrspüler; Spülmaschine
bordenwasser	Geschirrautomat; Geschirrspüler; Geschirrspülmaschine; Spülmaschine
vaatwasmachine	Geschirrautomat; Geschirrspüler; Spülmaschine
vaatwasser	Geschirrautomat; Geschirrspüler; Spülmaschine

Synonyms for "Geschirrspüler":

Abwaschmaschine; Geschirrspülmaschine; Spülmaschine; Küchengerät; Küchenmobiliar

Wiktionary Translations for Geschirrspüler:

Cross Translation:

From	To	Via
• Geschirrspüler	→ vaatwasser; vaatwasmachine	↔ dishwasher — machine
• Geschirrspüler	→ vaatwasmachine	↔ lave-vaisselle — Machine à laver spécialisée pour le nettoyage de la vaisselle.