Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: Pult

German and Dutch Search Results for: Pult

Summary

German to Dutch: more detail...

Pult:
- bureau; schrijftafel; lessenaar; schrijfbureau; schooltafel
Wiktionary:
- Pult → paneel, bord, controlebord, advocatenkantoor, bureau, bureel, kantoor, lessenaar, lezenaar, muziekstandaard

German

Detailed Translations for Pult from German to Dutch

Pult:

Pult [der ~] nomen

der Pult (Schreibtisch; Büro; Arbeitstisch)
het bureau; de schrijftafel; de lessenaar; het schrijfbureau
- bureau [het ~] nomen
- schrijftafel [de ~] nomen
- lessenaar [de ~ (m)] nomen
- schrijfbureau [het ~] nomen
der Pult
de lessenaar; schooltafel
- lessenaar [de ~ (m)] nomen
- schooltafel [znw.] nomen

Translation Matrix for Pult:

Noun	Related Translations	Other Translations
bureau	Arbeitstisch; Büro; Pult; Schreibtisch	Schreibtisch
lessenaar	Arbeitstisch; Büro; Pult; Schreibtisch	kleiner Schreibtisch
schooltafel	Pult
schrijfbureau	Arbeitstisch; Büro; Pult; Schreibtisch
schrijftafel	Arbeitstisch; Büro; Pult; Schreibtisch

Synonyms for "Pult":

Schreibtisch; Sekretär

Wiktionary Translations for Pult:

Cross Translation:

From	To	Via
• Pult	→ paneel; bord; controlebord	↔ board — device containing electrical switches
• Pult	→ advocatenkantoor; bureau; bureel; kantoor	↔ bureau — (vieilli) désuet\|fr étoffe de bure.
• Pult	→ lessenaar; lezenaar; muziekstandaard	↔ pupitre — meubles\|fr meuble en forme de plan incliner dont on se sert soit pour écrire, soit pour poser des livres ou des cahiers de musique, de manière qu’on pouvoir les lire commodément.