Summary
German to Dutch: more detail...
-
wertschätzen:
-
Wiktionary:
wertschätzen → houden van, hechten aan, mogen, waarderen, beminnen, liefhebben, begroten, schatten, taxeren, achten, achting hebben voor, achting toedragen, hoogachten -
Synonyms for "wertschätzen":
bewerten; beziffern; festsetzen; schätzen; taxieren
achten; akzeptieren; anerkennen; respektieren; würdigen; ästimieren
-
Wiktionary:
German
Detailed Translations for wertschätzen from German to Dutch
wertschätzen: (*Using Word and Sentence Splitter)
- wert: waard; favoriete; lievelings; dierbaar; geselecteerd; toegenegen; verkoren; beroemd; aanzienlijk; voornaam; verheven; gewichtig; adelijk; illuster; hooggeplaatst; gedistingeerd; doorluchtig
- schätzen: waarderen; op prijs stellen; appreciëren; bepalen; inschatten; schatten; afwegen; raden; gissen; gissing maken; ramen; taxeren; beramen; beschuldigen; verwijten; aanrekenen; laken; voorhouden; berispen; aanwrijven; blameren; gispen; nadragen; voor de voeten gooien; aannemen; geloven; prijzen; vereren; loven; roemen; zich lovend uitlaten; achten; respecteren; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; veronderstellen; uitgaan van; overwegen; adviseren; ingeven; suggereren; overdenken; iets aanraden; vooronderstellen; postuleren
- schützen: beschermen; beschutten; bescherming bieden; beveiligen; van alarm voorzien; vrijwaren
- Wert: waarde; verdienste; merite; zin; betekenis; bedoeling; beduiding; beduidenis; belang; gewichtigheid
wertschätzen:
Synonyms for "wertschätzen":
Wiktionary Translations for wertschätzen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wertschätzen | → houden van; hechten aan; mogen; waarderen; beminnen; liefhebben | ↔ aimer — ressentir un fort sentiment d’attirance pour quelqu’un ou quelque chose. |
• wertschätzen | → hechten aan; houden van; mogen; waarderen; begroten; schatten; taxeren; achten; achting hebben voor; achting toedragen; hoogachten | ↔ apprécier — Estimer, évaluer (quelque chose), en fixer la valeur, le prix. (Sens général). |