Summary
German to Dutch: more detail...
-
Einfachzucker:
-
Wiktionary:
Einfachzucker → monosacharide -
Synonyms for "Einfachzucker":
Monosaccharid; Kohlenhydrat; Saccharid
-
Wiktionary:
German
Detailed Translations for Einfachzucker from German to Dutch
Einfachzucker: (*Using Word and Sentence Splitter)
- einfach: licht; makkelijk; eenvoudig; gemakkelijk; simpel; niet moeilijk; gewoon; normaal; gebruikelijk; gangbaar; zomaar; gewoonweg; zo maar; ongecompliceerd; laag; gemeen; laaghartig; onedel; laag-bij-de-grond; vanzelf; moeiteloos; zonder moeite; in een handomdraai; simpelweg; echt; werkelijk; heus; natuurlijk; ongekunsteld; aangenaam; comfortabel; geriefelijk; kortweg; eenvoudigweg; matig; puur; sober; ronduit; regelrecht; domweg; bescheiden; kies; onderdanig; discreet; nederig; discrete; ootmoedig; ingetogen; stemmig; rechttoe; klinkklaar; schraal; lichtwegend; magertjes; dunnetjes; niet voornaam; sobertjes; zonder pretenties; schraaltjes; van eenvoudige komaf; niet hoogmoedig
- Zucker: suiker
- Einfach: Eenvoudig
Einfachzucker:
Synonyms for "Einfachzucker":
Wiktionary Translations for Einfachzucker:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Einfachzucker | → monosacharide | ↔ monosaccharide — biochimie|fr monomère de glucide. |