Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: Feigling

German and Dutch Search Results for: Feigling

Summary

German to Dutch: more detail...

Feigling:
- lafaard; groentje; melkmuil; lafbek; angsthaas; bangerd; bangerik; hazenpoot
Wiktionary:
- Feigling → lafaard
- Feigling → lafaard, angsthaas, lafbek, wezel, watje, slapjanus

German

Detailed Translations for Feigling from German to Dutch

Feigling:

Feigling [der ~] nomen

der Feigling (Angsthase)
de lafaard; het groentje; de melkmuil; de lafbek
- lafaard [de ~ (m)] nomen
- groentje [het ~] nomen
- melkmuil [de ~ (m)] nomen
- lafbek [de ~ (m)] nomen
der Feigling (Angsthase; Hasenfuß)
de angsthaas; de bangerd; de bangerik; de hazenpoot
- angsthaas [de ~ (m)] nomen
- bangerd [de ~ (m)] nomen
- bangerik [de ~ (m)] nomen
- hazenpoot [de ~ (m)] nomen

Translation Matrix for Feigling:

Noun	Related Translations	Other Translations
angsthaas	Angsthase; Feigling; Hasenfuß
bangerd	Angsthase; Feigling; Hasenfuß
bangerik	Angsthase; Feigling; Hasenfuß
groentje	Angsthase; Feigling	Grünling; Neuankömmling; Neuling; Student im ersten Semester
hazenpoot	Angsthase; Feigling; Hasenfuß
lafaard	Angsthase; Feigling
lafbek	Angsthase; Feigling
melkmuil	Angsthase; Feigling

Synonyms for "Feigling":

Angsthase; Hasenfuß; Memme; Muttersöhnchen; Nulpe; Schattenparker; Schisser; Schlappschwanz; Schwächling; Seicherl; Sitzpinkler; Warmduscher; Waschlappen; Weichei; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ

Wiktionary Translations for Feigling:

Feigling

noun

iemand die door zijn angst wegvlucht uit gevaarlijke situaties.
- lafaard → Feigling

Cross Translation:

From	To	Via
• Feigling	→ lafaard; angsthaas; lafbek; wezel	↔ chicken — coward
• Feigling	→ lafaard; watje; slapjanus	↔ coward — a person who lacks courage

External Machine Translations: