Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: restieren

German and Dutch Search Results for: restieren

Summary

German to Dutch: more detail...

restieren:
- Wiktionary:
  restieren → resteren

German

Suggestions for restieren in German

Spelling Suggestions for: restieren

resonieren; regieren; residieren; repetieren; rezitieren; riskieren; rotieren; rasieren; reagieren; ruinieren

Wiktionary Translations for restieren:

restieren

verb

~ van: ergens van overblijven
- resteren → restieren

External Machine Translations:

Dutch

Detailed Translations for restieren from Dutch to German

restieren: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

rest: Restposten; Restant; Überbleibsel; Rest; Überschuß; Reste; Überrest; Zuviel; Restbestand; Surplus
Ier: Ire
resten: Überschüsse; Restbestände

Spelling Suggestions for: restieren

rendieren; resoneren; resumeren; resideren; renoveren; rekwireren; reguleren; rapieren; repareren; relateren

External Machine Translations: