Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Translate Abglanz

Translate Abglanz from German to Dutch

Summary

German to Dutch: more detail...

Abglanz:
- reflectie; weerspiegeling; weerkaatsing; spiegeling; weerschijn; glimp; vleugje

German

Detailed Translations for Abglanz from German to Dutch

Abglanz:

Abglanz [der ~] nomen

der Abglanz (Widerspiegelung; Reflexion; Widerschein; Widerhall; Spiegelung)
de reflectie; de weerspiegeling; de weerkaatsing; de spiegeling; de weerschijn
- reflectie [de ~ (v)] nomen
- weerspiegeling [de ~ (v)] nomen
- weerkaatsing [de ~ (v)] nomen
- spiegeling [de ~ (v)] nomen
- weerschijn [de ~ (m)] nomen
der Abglanz (Schein; Angewohnheit)
de glimp; het vleugje
- glimp [de ~ (m)] nomen
- vleugje [het ~] nomen

Translation Matrix for Abglanz:

Noun	Related Translations	Other Translations
glimp	Abglanz; Angewohnheit; Schein
reflectie	Abglanz; Reflexion; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung	Reflektion
spiegeling	Abglanz; Reflexion; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung
vleugje	Abglanz; Angewohnheit; Schein	Anflug; Anstrich; Schimmer; Spur
weerkaatsing	Abglanz; Reflexion; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung
weerschijn	Abglanz; Reflexion; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung
weerspiegeling	Abglanz; Reflexion; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung