Interglot - "Absolutheit" translated from German to Dutch

Summary

German to Dutch: more detail...

German

Detailed Translations for Absolutheit from German to Dutch

die Absolutheit
de zekerheid; de volstrektheid
- zekerheid [de ~ (v)] nomen
- volstrektheid [de ~ (v)] nomen
die Absolutheit
de absoluutheid; de totaliteit
- absoluutheid [de ~ (v)] nomen
- totaliteit [de ~ (v)] nomen

Noun	Related Translations	Other Translations
absoluutheid	Absolutheit
totaliteit	Absolutheit	Gesamtheit; Vollständigkeit; Vollzähligkeit
volstrektheid	Absolutheit
zekerheid	Absolutheit	Bestimmtheit; Entschiedenheit; Entschlossenheit; Garantie; Gewißheit; Pfand; Selbstgewißheit; Selbstsicherheit; Selbstvertrauen; Sicherheit