Interglot - "Bettwäsche" translated from German to Dutch

Summary

German to Dutch: more detail...

German

Detailed Translations for Bettwäsche from German to Dutch

die Bettwäsche (Bettzeug)
het beddengoed; de lakens
- beddengoed [het ~] nomen
- lakens [de ~] nomen, plural
die Bettwäsche
het beddengoed
- beddengoed [het ~] nomen
die Bettwäsche (Leinenwäsche; Leinwand; Wäsche; Leinwände; Weißwäsche)
het linnen; het linnengoed
- linnen [het ~] nomen
- linnengoed [het ~] nomen
die Bettwäsche (Bettlaken; Bettlinnen; Linnen; Leinentücher; Leinen; Weißwäsche; Leinenwäsche)
het laken; het beddenlaken; het linnen; de lakens
- laken [het ~] nomen
- beddenlaken [het ~] nomen
- linnen [het ~] nomen
- lakens [de ~] nomen, plural

Noun	Related Translations	Other Translations
beddengoed	Bettwäsche; Bettzeug
beddenlaken	Bettlaken; Bettlinnen; Bettwäsche; Leinen; Leinentücher; Leinenwäsche; Linnen; Weißwäsche
laken	Bettlaken; Bettlinnen; Bettwäsche; Leinen; Leinentücher; Leinenwäsche; Linnen; Weißwäsche	Tischdecke; Tischtuch; Tischtücher; Tuch; aus Wolle bestehndes Gewebe
lakens	Bettlaken; Bettlinnen; Bettwäsche; Bettzeug; Leinen; Leinentücher; Leinenwäsche; Linnen; Weißwäsche
linnen	Bettlaken; Bettlinnen; Bettwäsche; Leinen; Leinentücher; Leinenwäsche; Leinwand; Leinwände; Linnen; Weißwäsche; Wäsche	Bettlaken; Bettleinen; Leinen; Malerleinwand
linnengoed	Bettwäsche; Leinenwäsche; Leinwand; Leinwände; Weißwäsche; Wäsche
Verb	Related Translations	Other Translations
laken		bestrafen; blamieren; entgegenhalten; entnehmen; ermahnen; fortführen; fortschaffen; hinhalten; hinterhertragen; jemandem etwas nachtragen; nachtragen; nachtragend sein; rügen; schelten; schätzen; tadeln; verketzern; verleumden; verteufeln; verweisen; vorhalten; vorrücken; vorwerfen; wegschaffen; zurechtweisen
Adjective	Related Translations	Other Translations
lakens		aus Tuch; tüchern
linnen		aus Leinen