Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Translate Beugung

Translate Beugung from German to Dutch

Summary

German to Dutch: more detail...

Beugung:
- kromming; buiging; vervoeging; declinatie; verbuiging; declineren; verbuigen
Wiktionary:
- Beugung → verbuiging
- Beugung → verbuigen, vervoeging, verbuiging

German

Detailed Translations for Beugung from German to Dutch

Beugung:

Beugung [die ~] nomen

die Beugung (Kurve; Drehung; Krümmung; Biegung)
de kromming; de buiging
- kromming [de ~ (v)] nomen
- buiging [de ~ (v)] nomen
die Beugung (Konjugation)
de vervoeging
- vervoeging [de ~ (v)] nomen
die Beugung (Deklination)
de declinatie; de verbuiging
- declinatie [de ~ (v)] nomen
- verbuiging [de ~ (v)] nomen
die Beugung (Flexion; Deklinierung)
declineren; verbuigen
- declineren [znw.] nomen
- verbuigen [znw.] nomen

Translation Matrix for Beugung:

Noun	Related Translations	Other Translations
buiging	Beugung; Biegung; Drehung; Krümmung; Kurve	Biegung; Drehung; Ehrung; Krümme; Krümmung; Kurve; Neigung; Schleife; Verneigung; Windung
declinatie	Beugung; Deklination	Deklination; Neigung
declineren	Beugung; Deklinierung; Flexion
kromming	Beugung; Biegung; Drehung; Krümmung; Kurve	Bogen; Krümme; Krümmung; Kurve; Rundung; Suppe; Windung; Wölbung; Zeug
verbuigen	Beugung; Deklinierung; Flexion
verbuiging	Beugung; Deklination
vervoeging	Beugung; Konjugation
Verb	Related Translations	Other Translations
declineren		abbauen; ablehnen; abschwächen; abwandeln; abändern; beugen; deklinieren; fallen; fortnehmen; geringer werden; herabmindern; herabsetzen; konjugieren; kürzen; mindern; nachlassen; reduzieren; schlechter werden; schmälern; schrumpfen; schwinden; schwächen; setzen; sinken; sparen; verbeugen; verknappen; vermindern; verringern; versiegen; wegnehmen; weigern; weniger werden; zurückgehen; zusammengehen
verbuigen		abwandeln; abändern; beugen; biegen; deklinieren; konjugieren; umbiegen; verbeugen; verbiegen

Synonyms for "Beugung":

Brechung; Diffraktion
Flexion

Wiktionary Translations for Beugung:

Beugung

noun

het veranderen van de vorm van een naamwoord of voornaamwoord om een zekere grammaticale rol aan te duiden
- verbuiging → Beugung; Deklination

Cross Translation:

From	To	Via
• Beugung	→ verbuigen	↔ declension — act of declining
• Beugung	→ vervoeging; verbuiging	↔ inflection — change in the form of a word that reflects a change in grammatical function