German
Detailed Translations for Geschwindigkeit from German to Dutch
Geschwindigkeit:
-
die Geschwindigkeit (Schnelligkeit; Eile; Fahrgeschwindigkeit; Tempo; Hast; Reisegeschwindigkeit)
-
die Geschwindigkeit (Dynamik; Vermögen; Kraft; Schnellheit)
-
die Geschwindigkeit (Schnelligkeit; Tempo; Zügigkeit; Raschheit; Flinkheit; Gewandtheit)
de snelheid; de vlotheid; de vaart; rapiditeit; de gezwindheid; de schielijkheid; het tempo; rapheid; de vlugheid -
die Geschwindigkeit (Fahrgeschwindigkeit; Tempo; Reisegeschwindigkeit)
de rijsnelheid -
die Geschwindigkeit (Schnelligkeit; Tempo)
-
die Geschwindigkeit (Gewandtheit; Flinkheit)
Translation Matrix for Geschwindigkeit:
Synonyms for "Geschwindigkeit":
Wiktionary Translations for Geschwindigkeit:
Geschwindigkeit
Cross Translation:
noun
Geschwindigkeit
noun
-
de verandering in de tijd van de plaats van een voorwerp
-
een opgebouwde snelheid
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Geschwindigkeit | → snelheid; gezwindheid; vaart | ↔ speed — rate of motion |
• Geschwindigkeit | → snelheid; tempo; vaart; aanblik; aanzien; air; verschijning; schijn; uiterlijk; voorkomen; zeilstand | ↔ allure — façon d’aller, de marcher. |
• Geschwindigkeit | → snelheid; tempo; vaart; rapheid; vlugheid; spoed; gezwindheid | ↔ rapidité — célérité, grande vitesse. |
• Geschwindigkeit | → snelheid; tempo; vaart | ↔ vitesse — allure, rapidité lors d’un mouvement. |