Summary
German to Dutch: more detail...
- einwirken:
-
Wiktionary:
- einwirken → inwerken, beïnvloeden, invloed hebben op, opereren, maken, aanmaken, bedrijven, doen, uitbrengen, uitrichten, uitvoeren, effect sorteren, uitwerking hebben, werken, uitwerken, ageren, bezig zijn, handelen, optreden, te werk gaan
German
Detailed Translations for einwirken from German to Dutch
einwirken:
-
einwirken (beeinflussen)
Translation Matrix for einwirken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
inwerken | beeinflussen; einwirken | einarbeiten; einführen; einweisen |
Synonyms for "einwirken":
Wiktionary Translations for einwirken:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• einwirken | → inwerken; beïnvloeden | ↔ impact — to influence |
• einwirken | → beïnvloeden; invloed hebben op | ↔ influer — faire impression sur une chose, exercer sur elle une action qui tendre à la modifier. |
• einwirken | → opereren; maken; aanmaken; bedrijven; doen; uitbrengen; uitrichten; uitvoeren; effect sorteren; uitwerking hebben; werken; uitwerken; ageren; bezig zijn; handelen; optreden; te werk gaan | ↔ opérer — accomplir une œuvre, produire un effet. |