Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Translate glicht

Translate glicht from German to Dutch

Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. gleichen:
  2. Wiktionary:

German

Detailed Translations for glicht from German to Dutch

gleichen:

gleichen verb (gleiche, gleichst, gleicht, glich, glicht, geglichen)

  1. gleichen (ähneln)
    lijken op; gelijkenis vertonen met; gelijken
    • lijken op verb (lijk op, lijkt op, leek op, leken op, geleken op)
    • gelijkenis vertonen met verb (vertoon gelijkenis met, vertoont gelijkenis met, vertoonde gelijkenis met, vertoonden gelijkenis met, gelijkenis vertoond met)
    • gelijken verb (gelijk, gelijkt, geleek, geleken, geleken)
  2. gleichen (stimmen; übereinstimmen; decken)
    overeenstemmen; congruent zijn; kloppen
    • overeenstemmen verb (stem overeen, stemt overeen, stemde overeen, stemden overeen, overeen gestemd)
    • congruent zijn verb (ben congruent, bent congruent, is congruent, was congruent, waren congruemt, congruent geweest)
    • kloppen verb (klop, klopt, klopte, klopten, geklopt)
  3. gleichen (entsprechen; übereinstimmen)
    evenaren
    • evenaren verb (evenaar, evenaart, evenaarde, evenaarden, geëvenaard)
  4. gleichen (übereinstimmen mit; vereinbaren; stimmen; zusammenstimmen; gleichkommen)
    overeenkomen; overeenstemmen met; overeenkomen met; kloppen met; stroken; stroken met
  5. gleichen
    hetzelfde zijn
    • hetzelfde zijn verb (ben hetzelfde, bent hetzelfde, is hetzelfde, was hetzelfde, waren hetzelfde, hetzelfde geweest)
  6. gleichen (übereinstimmer)
    overeenkomst vertonen

Conjugations for gleichen:

Präsens
  1. gleiche
  2. gleichst
  3. gleicht
  4. gleichen
  5. gleicht
  6. gleichen
Imperfekt
  1. glich
  2. glichst
  3. glich
  4. glichen
  5. glicht
  6. glichen
Perfekt
  1. habe geglichen
  2. hast geglichen
  3. hat geglichen
  4. haben geglichen
  5. habt geglichen
  6. haben geglichen
1. Konjunktiv [1]
  1. gleiche
  2. gleichest
  3. gleiche
  4. gleichen
  5. gleichet
  6. gleichen
2. Konjunktiv
  1. gliche
  2. glichest
  3. gliche
  4. glichen
  5. glichet
  6. glichen
Futur 1
  1. werde gleichen
  2. wirst gleichen
  3. wird gleichen
  4. werden gleichen
  5. werdet gleichen
  6. werden gleichen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde gleichen
  2. würdest gleichen
  3. würde gleichen
  4. würden gleichen
  5. würdet gleichen
  6. würden gleichen
Diverses
  1. gleiche!
  2. gleicht!
  3. gleichen Sie!
  5. geglichen
  6. gleichend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Translation Matrix for gleichen:

NounRelated TranslationsOther Translations
congruent zijn Kongruent sein
gelijken Gleichen; Ähneln
kloppen Klopfen
overeenstemmen Akkordieren; Übereinstimmen
VerbRelated TranslationsOther Translations
congruent zijn decken; gleichen; stimmen; übereinstimmen
evenaren entsprechen; gleichen; übereinstimmen
gelijken gleichen; ähneln
gelijkenis vertonen met gleichen; ähneln
hetzelfde zijn gleichen
kloppen decken; gleichen; stimmen; übereinstimmen abklopfen; anstoßen; auf der Schreibmaschine schreiben; aufgehen; aufstampfen; berühren; hinkommen; klopfen; passen; pochen; richtig sein; schwabbeln; stimmen; ticken; tippen; übereinstimmen
kloppen met gleichen; gleichkommen; stimmen; vereinbaren; zusammenstimmen; übereinstimmen mit
lijken op gleichen; ähneln
overeenkomen gleichen; gleichkommen; stimmen; vereinbaren; zusammenstimmen; übereinstimmen mit Sich einig werden; abmachen; akkordieren; ausmachen; einwilligen; korrespondieren; vereinbaren; übereinkommen; übereinstimmen
overeenkomen met gleichen; gleichkommen; stimmen; vereinbaren; zusammenstimmen; übereinstimmen mit
overeenkomst vertonen gleichen; übereinstimmer
overeenstemmen decken; gleichen; stimmen; übereinstimmen Sich einig werden; abmachen; aufgehen; ausmachen; eine harmonische Einheit bilden; einwilligen; hinkommen; korrespondieren; passen; richtig sein; stimmen; vereinbaren; übereinstimmen
overeenstemmen met gleichen; gleichkommen; stimmen; vereinbaren; zusammenstimmen; übereinstimmen mit
stroken gleichen; gleichkommen; stimmen; vereinbaren; zusammenstimmen; übereinstimmen mit korrespondieren
stroken met gleichen; gleichkommen; stimmen; vereinbaren; zusammenstimmen; übereinstimmen mit

Synonyms for "gleichen":


Wiktionary Translations for gleichen:

gleichen
verb
  1. uitzien als
Cross Translation:
FromToVia
• gleichen → gelijk zijn aan ↔ equal — be equal to
• gleichen → betekenen ↔ equal — informal: have as its consequence
• gleichen → gelijken; lijken ↔ resemble — to be like or similar to something else
• gleichen → lijken; gelijken; lijken op ↔ ressembler — Avoir du rapport, de la conformité avec quelqu’un, avec quelque chose. (Sens général).







Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0265 seconds
Page rendered in 1.0 seconds