Summary
German to Dutch: more detail...
- reizbar:
-
Wiktionary:
- reizbar → prikkelbaar, lichtgeraakt, gevoelig
- reizbar → nors
German
Detailed Translations for reizbar from German to Dutch
reizbar:
-
reizbar (mürrisch; schroff; kurzweg; verdrießlich)
-
reizbar (ärgerlich)
-
reizbar (irritiert; verärgert; gereizt; angebrannt; erregt; giftig)
geïrriteerd; prikkelbaar; aangebrand; pissig; geprikkeld; geërgerd-
geïrriteerd adj
-
prikkelbaar adj
-
aangebrand adj
-
pissig adj
-
geprikkeld adj
-
geërgerd adj
-
Translation Matrix for reizbar:
Synonyms for "reizbar":
Wiktionary Translations for reizbar:
reizbar
Cross Translation:
adjective
-
leicht zu reizen, zum Jähzorn neigend
- reizbar → prikkelbaar; lichtgeraakt
-
selten: empfindsam
- reizbar → gevoelig
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• reizbar | → nors | ↔ crusty — grumpy, short-tempered |