Summary
German to Dutch: more detail...
-
standhaft:
- standvastig; volhardend; vasthoudend; onwankelbaar; onwrikbaar; pal; stevig; ferm; flink; fiks; stijf; stroef; houterig; stram; stijve
German
Detailed Translations for standhaft from German to Dutch
standhaft:
-
standhaft (unerschütterlich; sicher; beständig; beharrlich; eisern; ausdauernd; hartnäckig)
standvastig; volhardend; vasthoudend; onwankelbaar; onwrikbaar; pal-
standvastig adj
-
volhardend adj
-
vasthoudend adj
-
onwankelbaar adj
-
onwrikbaar adj
-
pal adv
-
-
standhaft (unerschütterlich; beständig; dauerhaft; sicher; beharrlich; eisern)
-
standhaft (stramm; steif; schwerfällig; starr; straff; hölzern; streng; prall; stier; starrköpfig; rauh; hauteng; unerschütterlich; schneidig; unverwandt; unbeugsam; stelzbeinig)
Translation Matrix for standhaft:
Synonyms for "standhaft":
External Machine Translations: