Summary
English to Dutch: more detail...
- lodging:
- lodge:
-
Wiktionary:
- lodging → onderdak
- lodge → herbergen
- lodge → portierswoning, loge, hut
- lodge → wonen, telegraferen, verzenden, afgeven, deponeren, in bewaring geven, inleggen
English
Detailed Translations for lodging from English to Dutch
lodging:
-
the lodging (accommodation; housing; shelter; quarters; lodgings)
de accommodatie; de verblijfplaats; de huisvesting; het onderdak; de behuizing; het onderkomen; het kwartier; het tehuis -
the lodging (accomodation; housing)
-
the lodging (living in)
-
the lodging (accommodation; facility)
-
the lodging (boardinghouse; pension)
Translation Matrix for lodging:
Related Words for "lodging":
Synonyms for "lodging":
Related Definitions for "lodging":
lodging form of lodge:
-
to lodge (live; reside; stay; be established; have one's seat)
-
to lodge (accommodate; house; shelter; take in to the house)
– provide housing for 1accommoderen; onderbrengen; huizen; herbergen; huisvesten; iemand huisvesten; onderdak verschaffen; onderdak geven; onderdak verlenen-
iemand huisvesten verb
-
onderdak verschaffen verb (verschaf onderdak, verschaft onderdak, verschafte onderdak, verschaften onderdak, onderdak verschaft)
-
onderdak verlenen verb (verleen onderdak, verleent onderdak, verleende onderdak, verleenden onderdak, onderdak verleend)
-
to lodge (offer someone lodges; place; accomodate someone; board; shelter; station)
onderdak verschaffen; plaatsen; huisvesten; herbergen; onderbrengen; onderdak geven; iemand onderdak verlenen-
onderdak verschaffen verb (verschaf onderdak, verschaft onderdak, verschafte onderdak, verschaften onderdak, onderdak verschaft)
-
-
to lodge (live in)
Conjugations for lodge:
present
- lodge
- lodge
- lodges
- lodge
- lodge
- lodge
simple past
- lodged
- lodged
- lodged
- lodged
- lodged
- lodged
present perfect
- have lodged
- have lodged
- has lodged
- have lodged
- have lodged
- have lodged
past continuous
- was lodging
- were lodging
- was lodging
- were lodging
- were lodging
- were lodging
future
- shall lodge
- will lodge
- will lodge
- shall lodge
- will lodge
- will lodge
continuous present
- am lodging
- are lodging
- is lodging
- are lodging
- are lodging
- are lodging
subjunctive
- be lodged
- be lodged
- be lodged
- be lodged
- be lodged
- be lodged
diverse
- lodge!
- let's lodge!
- lodged
- lodging
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
-
the lodge
-
the lodge (freemasons' lodge; freemasonry; gardener's house)
Translation Matrix for lodge:
Related Words for "lodge":
Synonyms for "lodge":
Antonyms for "lodge":
Related Definitions for "lodge":
Wiktionary Translations for lodge:
lodge
Cross Translation:
verb
-
to supply with a room or place to sleep in for a time
- lodge → herbergen
-
porter's rooms
- lodge → portierswoning
-
local chapter of freemasons
- lodge → loge
-
recreational building
- lodge → hut
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• lodge | → wonen | ↔ wohnen — intransitiv: wesentliche Zeit seines Lebens an einem bestimmten, geschützten Ort verbringen |
• lodge | → telegraferen; verzenden; afgeven; deponeren; in bewaring geven; inleggen | ↔ déposer — Traductions à trier suivant le sens |
External Machine Translations: