Summary
English to Dutch: more detail...
-
smooth-spoken:
The word smooth-spoken exists in our database, but we currently do not have a translation from English to Dutch.-
Synonyms for "smooth-spoken":
eloquent; facile; fluent; silver; silver-tongued; articulate
-
Synonyms for "smooth-spoken":
English
Detailed Translations for smooth-spoken from English to Dutch
smooth-spoken: (*Using Word and Sentence Splitter)
- smooth: gelijk; vlak; strak; glad; plat; egaal; effen; geslepen; vlakuit; schuren; raspen; schaven; vlot; vloeiend; stromend; vliedend; vies; schuin; obsceen; vunzig; zedeloos; egaliseren; gelijkmaken; effenen; gladmaken; smeuïg; rimpelloos; nivelleren; vlak maken; afplatten; platmaken; politoeren
- speak: spreken; praten; communiceren; in contact staan; een conversatie hebben; kletsen; klappen; babbelen; kakelen; zwammen; kwebbelen; kwetteren; kwekken; wauwelen; snateren; uiten; uitdrukken; verwoorden; vertolken; uiting geven aan; uitdrukking geven aan; spreken over; onderwerp behandelen; aanroepen; praaien
- spoken: gesproken; verbaal; woordelijk
smooth-spoken:
Translation Matrix for smooth-spoken:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
- | eloquent; facile; fluent; silver; silver-tongued |
Synonyms for "smooth-spoken":
Related Definitions for "smooth-spoken":
External Machine Translations: