Summary
English to Dutch: more detail...
-
spring to life:
-
Wiktionary:
spring to life → ontspringen, ontspruiten, ontstaan
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for spring to life from English to Dutch
spring to life: (*Using Word and Sentence Splitter)
- spring: lente; voorjaar; lentetijd; voorjaarstijd; veren; opveren; bron; rivierbron; kiemen; ontkiemen; uit de kiem te voorschijn komen
- to: tot; totdat; tot bij; aan; naar; toe; naar toe; bij; erbij; erop; ergens naartoe; tot aan; ertoe; ten; ten strijde; te; ernaar; tot en met; t/m
- life: zijn; bestaan; leven; existentie; levensduur; duurzaamheid; bestendigheid; leventje; levensproces
Wiktionary Translations for spring to life:
spring to life
verb
-
start to exist
- spring to life → ontspringen; ontspruiten; ontstaan