Summary
English to Dutch: more detail...
-
toilet training:
-
Wiktionary:
toilet training → zindelijkheid
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for toilet training from English to Dutch
toilet training: (*Using Word and Sentence Splitter)
- toilet: toilet; WC; plee; closet; latrine
- train: ontwikkelen; opleiden; scholen; trainen; africhten; dresseren; dier africhten; harden; coachen; bekwamen; sleep; oefenen; repeteren; treinstel; leren; studeren; blokken; inlichten; voorlichten; onderrichten; karavaan; trein; onderwijzen; bijbrengen; doceren; spoortrein
- training: training; dressuur; dresseren; opleiding; vorming; scholing; schoolopleiding; praktijk; artsenpraktijk; oefening; vaardigheidsoefening; kundig maken; bekwaming; africhten; africhting; spierwerking
toilet training:
Related Definitions for "toilet training":
Wiktionary Translations for toilet training:
toilet training
noun
-
The act of training a young child to use the toilet
- toilet training → zindelijkheid
Related Translations for toilet training
Dutch