Summary
English to Dutch: more detail...
- instigator:
-
Wiktionary:
- instigator → initiatiefnemer
Dutch to English: more detail...
- instigator:
English
Detailed Translations for instigator from English to Dutch
instigator:
-
the instigator (founder)
-
the instigator (founder; prompter; ringleader)
-
the instigator (founder; prompter; ringleader)
-
the instigator (agitator)
de provocateur -
the instigator (firebrand; agitator)
-
the instigator
Translation Matrix for instigator:
Related Words for "instigator":
Synonyms for "instigator":
Related Definitions for "instigator":
Wiktionary Translations for instigator:
instigator
noun
-
iemand die het initiatief tot iets neemt
Related Translations for instigator
Dutch
Detailed Translations for instigator from Dutch to English
instigator:
-
de instigator (aanzetter; aanstichter; opstoker)
Translation Matrix for instigator:
Noun | Related Translations | Other Translations |
founder | aanstichter; aanzetter; instigator; opstoker | aanstichter; bouwheer; grondlegger; grondvester; huisvader; oprichter; oprichtster; pater familias; stamvader; stichter |
instigator | aanstichter; aanzetter; instigator; opstoker | aanstichter; agitator; belhamel; grondlegger; grondvester; intrigant; oprichter; oprichtster; opruier; opstoker; provocateur; raddraaier; raddraaister; stamvader; stichter; stokebrand; stoker |
prompter | aanstichter; aanzetter; instigator; opstoker | aanstichter; oprichter; souffleur; stichter; voorzegger |
ringleader | aanstichter; aanzetter; instigator; opstoker | aanstichter; haantje de voorste; haantje-de-voorste; haantjes de voorste; oprichter; stichter |
Verb | Related Translations | Other Translations |
founder | strompelen |