Summary
English to Dutch: more detail...
-
break the law:
-
Wiktionary:
break the law → de voet dwars zetten, tegengaan, tegenwerken
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for break the law from English to Dutch
break the law: (*Using Word and Sentence Splitter)
- break: breken; stukbreken; aan stukken breken; pauze; onderbreking; tussenpoos; breuk; fractuur; kapot maken; slechten; rustpauze; verpozing; rust; rusttijd; rustpoos; moeren; kapotmaken; mollen; in stukken breken; kapotbreken; uitbreken; ontsnapping; uitbraak; ontvluchting; inslaan; verbrijzelen; kapotslaan; stukslaan; aan stukken slaan; met opzet kapotmaken; lunch; middagpauze; lunchpauze; lunchtijd; schafttijd; schaftuur; kapotgaan; stukgaan; speelkwartier; onklaar raken; knakken; ingooien; lichten; licht worden; zich misdragen
- the: het; de
- law: wet; politie; rechten; politiemacht
Wiktionary Translations for break the law:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• break the law | → de voet dwars zetten; tegengaan; tegenwerken | ↔ contrevenir — agir contre une loi, une défense, un ordre, etc., ou contre une obligation que l’on contracter. |