Home ->Dictionaries ->English/Dutch ->Search: faction

English and Dutch Search Results for: faction

Summary

English to Dutch: more detail...

faction:
- factie; partij; politieke partij; groepering
Wiktionary:
- faction → fractie, factie, partij

English

Detailed Translations for faction from English to Dutch

faction:

faction [the ~] nomen

the faction (political party; party)
de factie; de partij; politieke partij
- factie [de ~ (v)] nomen
- partij [de ~ (v)] nomen
- politieke partij [znw.] nomen
the faction
de factie; de groepering
- factie [de ~ (v)] nomen
- groepering [de ~ (v)] nomen

Translation Matrix for faction:

Noun	Related Translations	Other Translations
factie	faction; party; political party
groepering	faction
partij	faction; party; political party	bunch; celebration; certain amount; competition; contest; feast; football game; football match; game; gang; group; lot; match; panel; parcel; party; play; quantity; set; team; treat
politieke partij	faction; party; political party
-	cabal; camarilla; junto; sect
Not Specified	Related Translations	Other Translations
partij		lot

Related Words for "faction":

factions

Synonyms for "faction":

cabal; junto; camarilla; clique; coterie; ingroup; inner circle; pack; camp
sect

Related Definitions for "faction":

a clique (often secret) that seeks power usually through intrigue¹
a dissenting clique¹

Wiktionary Translations for faction:

faction

noun

group of people
- faction → fractie

faction

noun

politiek|nld agerende politieke groepering (partij binnen een partij)
- factie → faction
persoon of groep die een overeenkomst of strijd aangaat met een andere persoon of groep
- partij → party; faction
vereniging van gelijkgezinden die binnen een bepaald gebied hun politieke doelstellingen proberen te verwezenlijken
- partij → party; faction

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University