English
Detailed Translations for clear an area from English to Dutch
clear an area: (*Using Word and Sentence Splitter)
- clear: duidelijk; helder; overduidelijk; klaar als een klontje; begrijpelijk; inzichtelijk; verhelderend; bevattelijk; verstaanbaar; flagrant; zonneklaar; zo klaar als een klontje; klaar; onbewolkt; herkenbaar; bevrijden; vrijmaken; banen; verlossen; onmiskenbaar; emanciperen; vrijvechten; aanschouwelijk; zuiveren; vrijspreken; vrijpleiten; dechargeren; onschuldig verklaren; transparant; doorzichtig; doorschijnend; inklaren; klaren; schoonmaken; reinigen; schoonpoetsen; vrij; loos; zonder taak; direct; regelrecht; recht door zee; over; uit; afgelopen; voorbij; af; gereed; voltooid; geëindigd; afgedaan; opruimen; bleek; blank; afdekken; afruimen; kleurloos; ongekleurd; legen; leegmaken; ruimen; duidelijk klinkend; ledigen; leeghalen; helderklinkend; klare; uitmesten; uitruimen; blij; vrolijk; wakker; levendig; uithalen; zonnig; opgewekt; opgeruimd; kleurig; geestig; opgetogen; uitgelaten; fleurig; monter; lustig; dartel; jolig; kwiek; blijmoedig; fideel; welgemoed; blijgeestig; uitverkopen; verrekenen; uitschakelen; wissen; vrijspraak bepleiten
- an: een; eentje
- area: plaats; gebied; regio; streek; gewest; oord; gouw; landstreek; buurt; centrum; wijk; plein; woonwijk; buitenwijk; stadsdeel; sectie; stadswijk; stadskwartier; handelswijk; zone; gordel; sector; terrein; erf; grondgebied; territorium; district; rayon; rayon van een bedrijf; gebiedsdeel; vlak
Wiktionary Translations for clear an area:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• clear an area | → rooien; ontbossen | ↔ abholzen — ein Gebiet, einen Landstrich kahl schlagen |