Summary
English to Dutch: more detail...
-
overbalance:
-
Wiktionary:
overbalance → kapseizen -
Synonyms for "overbalance":
preponderate; outweigh; outbalance; predominate; dominate; rule; reign; prevail
account; calculate
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for overbalance from English to Dutch
overbalance: (*Using Word and Sentence Splitter)
- over: over; overheen; uit; klaar; afgelopen; af; voltooid; geëindigd; afgedaan; beëindigd; gepleegd; voorbij; gepasseerd; boven; bovenop; erboven; gedaan; gereed; gaar; doorgekookt; omver
- balance: weegschaal; bascule; balans; evenwicht; harmonie; saldo; bezit; tegoed; baten; activa; balanceren; uitbalanceren; in evenwicht brengen; evenwichtigheid; vereffening; weegbrug; waag; equatie; gelijkmaking; weeghuis; rest; overblijfsel; rekeningsaldo
- Balance: Balans
overbalance:
Translation Matrix for overbalance:
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| - | outbalance; outweigh; preponderate | |
| Other | Related Translations | Other Translations |
| - | lose one's balance; topple over |
Synonyms for "overbalance":
Related Definitions for "overbalance":
Wiktionary Translations for overbalance:
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • overbalance | → kapseizen | ↔ kentern — Nautik: (von Wasserfahrzeugen) sich zur Seite neigen und auf der einen Seite oder kieloben liegen bleiben |