English
Detailed Translations for pack ice from English to Dutch
pack ice: (*Using Word and Sentence Splitter)
- pack: verpakken; inwikkelen; inpakken; emballeren; verzameling; stel; selectie; ophoping; sortering; opeenhoping; accumulatie; bagage; bepakking; comprimeren; samendrukken; samenpersen; hoop; massa; bende; menigte; horde; schare; drom
- ice: ijs; bevroren water; ijsje; roomijs; consumptie-ijs; glazuren; verglazen; met glazuur bedekken; glaceren
pack ice:
Translation Matrix for pack ice:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | ice pack |