Summary
English
Detailed Translations for back away from English to Dutch
back away: (*Using Word and Sentence Splitter)
- Back: Terug
- back: rug; leuning; rugleuning; rugzijde; terug; achteruit; achterwaarts; naar achter; naar achteren; rugwaarts; achterkant; achterzijde; opkomen voor; weder; weerom; weer; opnieuw; nogmaals; wederom; back; andermaal; achterspeler; helpen; ondersteunen; bijstaan; assisteren; bijspringen; weldoen; seconderen; vroeger; voorheen; eertijds; voormaals; financieren
- Away: Afwezig; Als Afwezig weergeven
- away: weg; heen; vort; ksst; ervandoor; ervantussen
back away:
Translation Matrix for back away:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | back out; crawfish; crawfish out; pull back; pull in one's horns; retreat; withdraw |