English
Detailed Translations for date stamp from English to Dutch
date stamp: (*Using Word and Sentence Splitter)
- date: datum; dagtekening; afspraak; liaison; afgesproken ontmoeting; dadel; dateren; dagtekenen; verkeren; omgaan met; tijdstip; jaartal
- stamp: stempel; inktstempel; postzegel; frankeren; beporten; stempelen; afstempelen; stempel opdrukken; zegel; plakzegel; kwaliteitsmerk; waarmerk; waarborg; keur; bezegelen; stempel zetten; van zegel voorzien
date stamp:
Translation Matrix for date stamp:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | date |
Synonyms for "date stamp":
Related Definitions for "date stamp":
External Machine Translations: