English
Detailed Translations for debenture bond from English to Dutch
debenture bond: (*Using Word and Sentence Splitter)
- debenture: obligatie; schuldbrief
- bond: garantie; borg; pand; waarborg; waarborging; cautie; verband; relatie; aansluiting; verbinding; samenhang; link; connectie; liaison; het gebonden zijn; band; binding; gebondenheid; akkoord; verdrag; bond; unie; verbond; federatie; bondgenootschap; pact; liga; onderpand; waarborgsom; securiteit; borgtocht; waardepapier; obligatie; obligatielening; bankpost
debenture bond:
Translation Matrix for debenture bond:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | debenture; unsecured bond |
Synonyms for "debenture bond":
Antonyms for "debenture bond":
Related Definitions for "debenture bond":
External Machine Translations: