Summary
English
Detailed Translations for endanger from English to Dutch
endanger: (*Using Word and Sentence Splitter)
- end: stoppen; afsluiten; eindigen; beëindigen; ophouden; een einde maken aan; belanden; terechtkomen; geraken; verzeilen; einde; slot; sluiting; beëindiging; afronden; afwerken; afmaken; klaarmaken; voltooien; volbrengen; completeren; volmaken; afkrijgen; klaarkrijgen; aankomen; finishen; finale; aflopen; end; ten einde lopen; besluiten; beslissen; naar einde toewerken; teneindelopen; afstand; eindpunt; distantie; halthouden; begrenzen; afgrenzen; van grenzen voorzien; gesprek beëindigen
- anger: woede; kwaadheid; toorn; razernij; giftigheid; boosheid; verstoren; vertoornen; vervelen; ergeren; irriteren; op de zenuwen werken; verbolgenheid; gramschap
- End: Beëindigen
endanger:
Translation Matrix for endanger:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | expose; imperil; jeopardise; jeopardize; menace; peril; queer; scupper; threaten |