Summary
English to Dutch:   more detail...
  1. geographer:
  2. Wiktionary:


English

Detailed Translations for geographer from English to Dutch

geographer:

geographer [the ~] nomen

  1. the geographer
    de geograaf; de aardrijkskundige

Translation Matrix for geographer:

NounRelated TranslationsOther Translations
aardrijkskundige geographer
geograaf geographer

Related Words for "geographer":

  • geographers

Synonyms for "geographer":


Related Definitions for "geographer":

  1. an expert on geography1

Wiktionary Translations for geographer:

geographer
noun
  1. a specialist in geography
geographer
noun
  1. beroep|nld iemand die de relatie tussen mensen en hun natuurlijke omgeving vanuit een ruimtelijk perspectief bestudeert, en de natuurlijke gesteldheid van de bodem bestudeert
  2. aardrijkskunde|nld beroep|nld iemand die de relatie tussen mensen en hun natuurlijke omgeving vanuit een ruimtelijk perspectief bestudeert, en de natuurlijke gesteldheid van de bodem bestudeert