English
Detailed Translations for hard cash from English to Dutch
hard cash: (*Using Word and Sentence Splitter)
- hard: moeilijk; zwaar; lastig; ongemakkelijk; niet makkelijk; hard; hardvochtig; ongenadig; onbarmhartig; ruw; hardhandig; onzacht; kritisch; problematisch; ernstig; kritiek; benauwd; zorgwekkend; zorgelijk; benard; hachelijk; penibel; keihard; bikkelhard; steenhard; staalhard; ijzerhard; kalkhoudend; kalkachtig
- cash: contant; cash; baar; geld; poen; innen; incasseren; geld in ontvangst nemen; verzilveren; in geld omzetten; uitbetalen; centen; geldstukken; duiten; duit; contant geld; kasgeld; kasmiddelen; kasvoorraad; kasgelden
hard cash:
Translation Matrix for hard cash:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | cash; hard currency |