Summary
English
Detailed Translations for power play from English to Dutch
power play: (*Using Word and Sentence Splitter)
- power: vermogen; kracht; stroom; electrische stroom; macht; gezag; bevoegdheid; bevoegd zijn; sterkte; energie; dynamiek; felheid; fiksheid; capaciteit; autoriteit; heerschappij; toestemming; machtiging; volmacht; autorisatie; fiat; autoriteiten; mogendheid; mogendheden; gezaghebbers
- Play: Afspelen
- play: spelen; doen alsof; toneelspelen; zich aanstellen; marge; speling; speelruimte; stuk; drama; toneelstuk; schouwspel; spel; wedstrijd; partij; pot; strijd; concours; bespelen; potje; gespeel; kinderspel; partijtje; wedstrijdje; stoeien; dollen; ravotten; zich uitleven; wild spelen; wild rennen; afspelen; capriool
power play:
Translation Matrix for power play:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | squeeze; squeeze play |