Home ->Dictionaries ->English/Dutch ->Translate professor

Translate professor from English to Dutch

Summary

English to Dutch: more detail...

professor:
- professor; hoogleraar; prof; wetenschapper; wetenschapsbeoefenaar; hooggeleerde
Wiktionary:
- professor → hoogleraar, professor, prof

English

Detailed Translations for professor from English to Dutch

professor:

professor [the ~] nomen

the professor
de professor; de hoogleraar; de prof
- professor [de ~ (m)] nomen
- hoogleraar [de ~ (m)] nomen
- prof [de ~ (m)] nomen
the professor (scholar)
de wetenschapper; de wetenschapsbeoefenaar
- wetenschapper [de ~ (m)] nomen
- wetenschapsbeoefenaar [de ~ (m)] nomen
the professor (scholar)
hooggeleerde
- hooggeleerde [znw.] nomen

Translation Matrix for professor:

Noun	Related Translations	Other Translations
hooggeleerde	professor; scholar
hoogleraar	professor
prof	professor	prof.; professional
professor	professor
wetenschapper	professor; scholar	Master of Science; man of learning; scholar; scientist; university man
wetenschapsbeoefenaar	professor; scholar
-	prof

Related Words for "professor":

professors

Synonyms for "professor":

prof; academician; academic; faculty member

Related Definitions for "professor":

someone who is a member of the faculty at a college or university¹

Wiktionary Translations for professor:

professor

noun

a higher ranking for a teacher or faculty member at a college or university
- professor → hoogleraar; professor; prof

professor

noun

iemand met titel professor die aan een hogeschool of universiteit een leerstoel in een bepaald vak bekleedt en die het onderzoek en onderwijs in dit vak leidt
- hoogleraar → professor
de aanspreektitel voor een hoogleraar
- professor → professor

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University