Interglot - "seminar" translated from English to Dutch

Summary

English to Dutch: more detail...

seminar:
- overleg; conferentie; samenkomst; beraadslaging; congres; bijeenkomst; seminar; responsiecollege
Wiktionary:
- seminar → seminarie, kweekschool, werkcollege, seminar

English

Detailed Translations for seminar from English to Dutch

the seminar (conference; consultation; meeting; gathering; talks)
het overleg
– het praten erover ¹
- overleg [het ~] nomen
  - er was een overleg over dat probleem¹
de conferentie; de samenkomst; de beraadslaging
- conferentie [de ~ (v)] nomen
- samenkomst [de ~ (v)] nomen
- beraadslaging [de ~ (v)] nomen
the seminar (congress; conference; symposium)
het congres; de bijeenkomst
- congres [het ~] nomen
- bijeenkomst [de ~ (v)] nomen
the seminar (research class)
het seminar
- seminar [het ~] nomen
the seminar (research class)
het responsiecollege
- responsiecollege [het ~] nomen

Noun	Related Translations	Other Translations
beraadslaging	conference; consultation; gathering; meeting; seminar; talks
bijeenkomst	conference; congress; seminar; symposium	assembly; conference; congress; gathering; meeting; symposium
conferentie	conference; consultation; gathering; meeting; seminar; talks
congres	conference; congress; seminar; symposium
overleg	conference; consultation; gathering; meeting; seminar; talks
responsiecollege	research class; seminar
samenkomst	conference; consultation; gathering; meeting; seminar; talks	assembly; conference; congress; crowd; gathering; group; meeting; symposium
seminar	research class; seminar

Cross Translation:

From	To	Via
• seminar	→ seminarie	↔ Seminar — Veranstaltungsform an Bildungseinrichtungen, die durch Aktivität der Teilnehmer gekennzeichnet ist
• seminar	→ seminarie; kweekschool; werkcollege; seminar	↔ séminaire — (religion) établissement religieux où l’on préparer les jeunes clercs à recevoir les ordres sacrés.