Summary
Spanish to Dutch: more detail...
-
desengañar:
-
Wiktionary:
desengañar → teleurstellen -
Synonyms for "desengañar":
decepcionar; defraudar; desilusionar; desalentar; descorazonar
-
Wiktionary:
Spanish
Detailed Translations for desengañar from Spanish to Dutch
desengañar: (*Using Word and Sentence Splitter)
- dar: geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; aanbieden; verlenen; doneren; schenken; cadeau geven; cadeau doen; verschaffen; verstrekken; ingeven; binnen gieten; iemand iets toedienen; verdelen; uitreiken; distribueren; ronddelen; draaien; wenden; meegeven; meesturen; zwenken; meezenden; toebrengen; toewijzen; toekennen; gunnen; ondervragen; uitkeren; toebedelen; verhoren; overhoren; uitvragen; uithoren; gunst verlenen; iets toekennen
- engañar: bedriegen; oplichten; misleiden; belazeren; bedonderen; besodemieteren; beduvelen; zwendelen; afzetten; tillen; bedotten; verneuken; aanpakken; grijpen; vatten; wijsmaken; vastpakken; voor de gek houden; foppen; vastgrijpen; vastnemen; beetnemen; in de maling nemen; beetpakken; te pakken nemen; beetgrijpen; om de tuin leiden; op een dwaalspoor zetten; flessen; bedrogen worden; vangen; buitmaken
- darse: spelen; optreden; performen; geven; schenken; doneren; gunnen; gunst verlenen
- dársela: verneuken
Spelling Suggestions for: desengañar
desengañar:
Synonyms for "desengañar":
Wiktionary Translations for desengañar:
desengañar
verb
-
iemand op onaangename wijze verrassen, vaak door een belofte niet na te komen
External Machine Translations: