Summary
Spanish to Dutch: more detail...
- competencia:
-
Wiktionary:
- competencia → competentie, concurrentie, deskundigheid
- competencia → competitie, toernooi, wedstrijd, competentie
Spanish
Detailed Translations for competencia from Spanish to Dutch
competencia:
-
la competencia (profesionalidad; experiencia profesional; capacidad profesional)
-
la competencia (facultad; autoridad)
-
la competencia (rivalidad)
-
la competencia (aptitud; capacidad; potencia)
-
la competencia (capacidad; facultad)
-
la competencia (autorización)
-
la competencia (experiencia)
-
la competencia
de concurrentie -
la competencia
de competentie
Translation Matrix for competencia:
Synonyms for "competencia":
Wiktionary Translations for competencia:
competencia
Cross Translation:
noun
-
een ontwikkelbaar vermogen van mensen waarmee ze in voorkomende situaties adequaat, gemotiveerd, proces- en resultaatgericht kunnen handelen
-
economie|nld het mede-wedijveren om iets, in het bijzonder een vorm van winst
-
het beschikken over kennis van zaken, ervaring en vaardigheid nodig om een taak of functie te vervullen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• competencia | → competitie; toernooi | ↔ competition — contest for a prize or award |
• competencia | → wedstrijd | ↔ contest — competition |
• competencia | → competentie | ↔ Kompetenz — Zuständigkeit, Befugnis |
• competencia | → competentie | ↔ Kompetenz — Vermögen, Fähigkeit |