Home ->Dictionaries ->Spanish/Dutch ->Search: producto

Spanish and Dutch Search Results for: producto

Summary

Spanish to Dutch: more detail...

producto:
- product; fabrikaat; maaksel; makelij
Wiktionary:
- producto → product, uitkomst
- producto → product, fabrikaat, ding, voorwerp, waar, handelswaar, middel, werktuig, stuk gereedschap, instrument, inkomen, ontvangst, opbrengst, verdienste

Spanish

Detailed Translations for producto from Spanish to Dutch

producto:

producto [el ~] nomen

el producto (producto manufacturado; fruta; creación; fruto; hechura)
het product; het fabrikaat; het maaksel
- product [het ~] nomen
- fabrikaat [het ~] nomen
- maaksel [het ~] nomen
el producto (fabricación; mercancía; producción; manufactura; hechura)
de makelij
- makelij [de ~ (v)] nomen

Translation Matrix for producto:

Noun	Related Translations	Other Translations
fabrikaat	creación; fruta; fruto; hechura; producto; producto manufacturado	producto manufacturado
maaksel	creación; fruta; fruto; hechura; producto; producto manufacturado	confección; elaboración; fabricación; hechura
makelij	fabricación; hechura; manufactura; mercancía; producción; producto
product	creación; fruta; fruto; hechura; producto; producto manufacturado	beneficio; cosecha; rendimiento

Related Words for "producto":

productos

Wiktionary Translations for producto:

producto

noun

het resultaat van een bewerking
- product → producto
resultaat van een bewerking
- uitkomst → resolución; resultado; suma; producto; resto; cociente

Cross Translation:

From	To	Via
• producto	→ product; fabrikaat	↔ Erzeugnis — Ergebnis eines Herstellungsprozesses (zum Beispiel eine Ware für den Handel)
• producto	→ product	↔ product — multiplication result
• producto	→ ding; voorwerp; waar; handelswaar; product; middel; werktuig; stuk gereedschap; instrument; inkomen; ontvangst; opbrengst; verdienste	↔ produit — résultat créatif de l’activité humaine.

Related Translations for producto