Spanish
Detailed Translations for soltura from Spanish to Dutch
soltura:
-
la soltura (espontaneidad; naturalidad)
-
la soltura (rapidez; marcha; velocidad; prisa; fluidez; afán; celo; ritmo; agilidad; esmero; celeridad; ligereza; premura; prontitud; apresuramiento)
de snelheid; de vlotheid; de vaart; rapiditeit; de gezwindheid; de schielijkheid; het tempo; rapheid; de vlugheid
Translation Matrix for soltura:
Related Words for "soltura":
Synonyms for "soltura":
Wiktionary Translations for soltura:
soltura
noun
-
het vermogen om een handeling bekwaam uit te voeren of een probleem juist op te lossen
External Machine Translations: