Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Translate grammaire

Translate grammaire from French to Dutch

Summary

French to Dutch: more detail...

grammaire:
- grammatica; spraakkunst; spraakleer; taalboek; syntaxis
Wiktionary:
- grammaire → spraakkunst, grammatica, spraakleer
- grammaire → spraakkunst, grammatica

French

Detailed Translations for grammaire from French to Dutch

grammaire:

grammaire [la ~] nomen

la grammaire
de grammatica; de spraakkunst; de spraakleer
- grammatica [de ~ (v)] nomen
- spraakkunst [de ~ (v)] nomen
- spraakleer [de ~] nomen
la grammaire (manuel de langue)
het taalboek
- taalboek [het ~] nomen
la grammaire (syntaxe)
de syntaxis
- syntaxis [de ~ (v)] nomen

Translation Matrix for grammaire:

Noun	Related Translations	Other Translations
grammatica	grammaire
spraakkunst	grammaire
spraakleer	grammaire
syntaxis	grammaire; syntaxe	syntaxe
taalboek	grammaire; manuel de langue

Synonyms for "grammaire":

syntaxe; morphologie; linguistique; philologie; structure; norme; analyse; phonétique; stylistique; dialectologie; étymologie; lexicographie; lexicologie; onomastique; phonologie; sémantique; sémiotique; construction

Wiktionary Translations for grammaire:

grammaire

noun

Règle d’une langue
- grammaire → spraakkunst; grammatica; spraakleer

grammaire

noun

een systeem van regels en principes voor het schrijven en spreken van een taal.
- grammatica → grammaire
een systeem van regels en principes voor het schrijven en spreken van een taal
- spraakkunst → grammaire

Cross Translation:

From	To	Via
• grammaire	→ spraakkunst; grammatica	↔ grammar — rules for speaking and writing a language
• grammaire	→ grammatica; spraakkunst	↔ Grammatik — das Regelsystem einer Sprache

Related Translations for grammaire