French

Detailed Translations for vantards from French to Dutch

vantards:

vantards [le ~] nomen

  1. le vantards (paradeurs)
    de dikdoeners
  2. le vantards (charlatans; fanfarons; bluffeurs)
    de praatjesmakers; de windbuilen; de bluffers; de opscheppers; de pochers; de snoevers; de opsnijders
  3. le vantards (fanfaron; causeur; vantard; )
    de praalhans; de showbink
  4. le vantards (bluffeurs)
    de showbinken; praalhansen

Translation Matrix for vantards:

NounRelated TranslationsOther Translations
bluffers bluffeurs; charlatans; fanfarons; vantards
dikdoeners paradeurs; vantards
opscheppers bluffeurs; charlatans; fanfarons; vantards bluffeur; fanfaron; hâbleur; vantard
opsnijders bluffeurs; charlatans; fanfarons; vantards
pochers bluffeurs; charlatans; fanfarons; vantards
praalhans causeur; crâneur; fanfaron; fier à bras; paradeur; vantard; vantards
praalhansen bluffeurs; vantards
praatjesmakers bluffeurs; charlatans; fanfarons; vantards bluffeur; fanfaron; hâbleur; vantard
showbink causeur; crâneur; fanfaron; fier à bras; paradeur; vantard; vantards
showbinken bluffeurs; vantards
snoevers bluffeurs; charlatans; fanfarons; vantards bluffeur; fanfaron; hâbleur; vantard
windbuilen bluffeurs; charlatans; fanfarons; vantards bluffeur; fanfaron; hâbleur; vantard