Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Search: probabilité

French and Dutch Search Results for: probabilité

Summary

French to Dutch: more detail...

probabilité:
- waarschijnlijkheid; plausibiliteit; aannemelijkheid; geloofwaardigheid; betrouwbaarheid
Wiktionary:
- probabilité → waarschijnlijkheid

French

Detailed Translations for probabilité from French to Dutch

probabilité:

probabilité [la ~] nomen

la probabilité (plausibilité; fiabilité; crédibilité; vraisemblance; véracité)
de waarschijnlijkheid; de plausibiliteit; de aannemelijkheid
- waarschijnlijkheid [de ~ (v)] nomen
- plausibiliteit [de ~ (v)] nomen
- aannemelijkheid [de ~ (v)] nomen
la probabilité (véracité; crédibilité; fiabilité; plausibilité; vraisemblance)
de geloofwaardigheid; de betrouwbaarheid
- geloofwaardigheid [de ~ (v)] nomen
- betrouwbaarheid [de ~ (v)] nomen
la probabilité
de waarschijnlijkheid
- waarschijnlijkheid [de ~ (v)] nomen

Translation Matrix for probabilité:

Synonyms for "probabilité":

plausibilité; vraisemblance; véracité; prévisibilité; prévision; prescience; divination; augure; pressentiment; anticipation; prévoyance; conjecture; hypothèse; supposition; pronostic; calcul; chance; cas; apparence; crédibilité; présomption

Wiktionary Translations for probabilité:

Cross Translation:

From	To	Via
• probabilité	→ waarschijnlijkheid	↔ probability — state of being probable; likelihood

Related Translations for probabilité