Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Search: percher

French and Dutch Search Results for: percher

Summary

French to Dutch: more detail...

percher:
- Wiktionary:
  percher → roesten
  percher → roesten
- Synonyms for "percher":
  brancher; connecter; relier; allumer; habiter; résider; loger; demeurer; nicher; vivre; séjourner; gîter; camper; coucher; occuper; peupler; jucher; accrocher

French

Detailed Translations for percher from French to Dutch

Spelling Suggestions for: percher

perches; percer; perche; prêcher; porcher; pencher; perces; percera; percez; perce

percher:

Synonyms for "percher":

brancher; connecter; relier; allumer; habiter; résider; loger; demeurer; nicher; vivre; séjourner; gîter; camper; coucher; occuper; peupler; jucher; accrocher

Wiktionary Translations for percher:

percher

verb

(kippen) op stok zitten
- roesten → percher
(biologie) het in groepen doorbrengen van de nacht van vliegend wild
- roesten → percher

Cross Translation:

From	To	Via
• percher	→ roesten	↔ roesten — (biologie) het in groepen doorbrengen van de nacht van vliegend wild
• percher	→ roesten	↔ roesten — (kippen) op stok zitten

External Machine Translations:

Dutch

Suggestions for percher in Dutch

Spelling Suggestions for: percher

perceel; pocher; peuter; per uur; peer; percent; peter; peper; peinzer; percelen

External Machine Translations: