Summary
French to Dutch: more detail...
-
tête-à-tête:
-
Wiktionary:
tête-à-tête → oog in oog, samenzijn -
Synonyms for "tête-à-tête":
dialogue; conversation; colloque; interview; duo; joute; échange; entrevue; discussion; pour-parlers; entretien; conciliabule; vis-à-vis; en face de
-
Wiktionary:
French
Detailed Translations for tête-à-tête from French to Dutch
tête-à-tête: (*Using Word and Sentence Splitter)
- téter: pijpen; afzuigen; fellatio doen; zuigen; sabbelen; lurken; volzuigen
- tête: hoofd; bol; hoofd van een mens; kop; kopzin; chef; voorman; werkbaas; leiding; aanvoeren; voorgaan; aanvoering; meerdere; baas; patroon; meester; superieur; leidster; aanvoerster; voorvrouw; leidsvrouw
- A: A; EVERYONE
- avoir: hebben; bezitten; beschikken over; in eigendom hebben; afzetten; bedriegen; oplichten; misleiden; belazeren; bedonderen; besodemieteren; beduvelen; zwendelen; bezit; tegoed; baten; activa; vermogen; geldelijk vermogen; creditnota
- à: naar; toe; naar toe; in; te; van; aan; bij; erbij; erop; ergens naartoe; via; ter; à; daaraan
- ça: het
tête-à-tête:
Synonyms for "tête-à-tête":
Wiktionary Translations for tête-à-tête:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• tête-à-tête | → oog in oog | ↔ face to face — in person |
• tête-à-tête | → samenzijn | ↔ Zweisamkeit — meist harmonisches, oft romantisches Zusammensein von zwei Personen, ohne störende andere Personen; im übertragenen Sinn auch für andere Lebewesen oder Organisationen |