French
Detailed Translations for bâtonnier from French to Dutch
bâtonnier: (*Using Word and Sentence Splitter)
- béton: beton
- nier: ontkennen; loochenen; onderschatten; onderwaarderen; miskennen; te laag inschatten; niet weten te waarderen; tegenspreken; verstoten; weerspreken; in tegenspraak zijn met; refuteren
- bâton: stok; staf; stang; baton; bâton; dirigeerstaf; staaf; tablet; plak; reep; pastille; reep chocolade; maatstaf; duimstok; reepje; staak; maatstok
bâtonnier:
Synonyms for "bâtonnier":
Dutch