French
Detailed Translations for bon office from French to Dutch
bon office: (*Using Word and Sentence Splitter)
- bon: lekker; heerlijk; smakelijk; zalig; verrukkelijk; hemels; overheerlijk; kostelijk; reuzelekker; geschikt; bekwaam; capabel; competent; aanlokkelijk; verlokkend; bon; coupon; juist; passend; gepast; adequaat; akkoord; in orde; mee eens; eerlijk; braaf; rechtvaardig; rechtschapen; rechtgeaard; aardig; vriendelijk; aangenaam; behulpzaam; voorkomend; plezierig; attent; hulpvaardig; tof; mild; waardebon; tegoedbon; zachtaardig; goedaardig; goedhartig; zachtmoedig; goeiig; goedmoedig; goedig; zachtzinnig
- office: bureau; bureaumeubel; werk; werkplek; werkkring; kerkdienst; bijkeuken; spoelkeuken; pantry; functie; baan; betrekking; positie; job; ambt; dienstbetrekking
Wiktionary Translations for bon office:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bon office | → invloed | ↔ office — good office |